De oriflamme - Een vlag om voor te vechten
De Franse Oriflamme is een vaandel/hanger die tijdens de middeleeuwen door de koningen van Frankrijk werd gedragen. Deze vlag was onderscheidend omdat hij alleen tijdens de strijd werd gebruikt en los stond van de koninklijke standaard.
De Oriflamme wordt voor het eerst genoemd in de 11e-eeuwse ballade Chanson de Roland als koninklijk vaandel. Volgens de legende droeg Karel de Grote de banier naar het Heilige Land als reactie op een profetie over een ridder die een gouden lans bezat waarop vlammen zouden branden. Wat bekend is over het vaandel is dat het voor het eerst werd gebruikt door Lodewijk de VI in 1124 en voor het laatst werd gebruikt tijdens de slag bij Agincourt in 1415. Na ingebruikname werd de Oriflamme bewaard in de abdij van Saint-Denis waar de koningen van Frankrijk werd begraven. Als ze ten oorlog trokken, kwamen de Franse koningen naar de abdij, baden en namen het vaandel mee. Ten minste één variant van het vaandel werd in de abdij bewaard, maar deze werd tijdens de Franse Revolutie vernietigd
De Oriflamme bestaat uit twee componenten: een vergulde lans, die zou worden gebruikt om het vaandel te hijsen, en het vaandel. Het vaandel werd soms verticaal of horizontaal gehesen.
De banier was rood of oranje-rood en werd in veldslagen aan een lans gebonden. Oorspronkelijk een lans van verguld koper met een wimpel van vuurrode zijde die in drie punten uitliep, elk van een gouden kwast voorzien. Op het vaandel stonden gouden vlammen, waaraan de naam is ontleend.
De Oriflamme werd door de Franse legers ook meegedragen in gevechten waar men geen gevangenen wenste te maken en de vijand geen genade mocht verwachten, men werd koelbloedig vermoord. Dit gebeurde o.a. bij:
· Slag bij Poitiers (1356)
· Slag bij Westrozebeke (1382)
· Slag bij Azincourt (1415)
afb.:imgur.com
afb.:wikimedia