De Benedictijner-monnik met de verkeerde pluimen op zijn hoed:Dom Pérignon.
Dom Pérignon staat te boek als uitvinder van de mousserende wijn maar iemand was hem voor:
Zegt de legende niet dat hij aan het einde van de 17e eeuw champagne heeft uitgevonden, en daarmee ook de bubbel? Geconfronteerd met de blanquette van Limoux, kan Dom Pérignon inbinden. Omdat men graag aan Caesar wil teruggeven wat de keizer toebehoort, legt een meer gematigde legende uit dat hij de mousserende wijn in de fles feitelijk uit Limoux importeerde. Maar geen enkel officieel document getuigt van een reis van de Champagne-monnik naar de uithoek van de Languedoc. Wat echter zeker is, is dat de wijnen in Limoux al lang vóór de geboorte van champagne borrelden: het eerste manuscript waarin melding wordt gemaakt van ‘flessen blanquette’ dateert uit 1544.
Aan het begin van onze jaartelling schreef Titus Livius een boek over de geschiedenis van Rome. In dit boek wordt al gesproken over de witte wijn van Limoux. In Limoux en omgeving wordt al eeuwenlang wijn geproduceerd, maar pas in 1531 ontdekte een monnik uit de abdij van Saint-Hilaire het maken van mousserende wijn. De sprankelende blanquette de Limoux heeft eindelijk het levenslicht gezien. Het is dus veel ouder dan Champagne, ontdekt in 1668 door Dom Pérignon.
De Kerk heeft in grote mate bijgedragen aan de ontwikkeling van de Franse wijnbouw. Ingenieus waren de monniken lange tijd de eerste ‘uitvinders’ van wijn. Al in 1531, 150 jaar vóór de geboorte van champagne, kenden de minder-benedictijnen van de abdij van Saint-Hilaire de kunst om “stille” wijnen om te zetten in mousserende wijnen.
Deze ontdekking is waarschijnlijk toevallig, maar de wijnboeren uit Limoux zullen deze in de loop der jaren perfectioneren. De eerste blanquettes werden in 1544 op de markt gebracht en de productie ervan verloopt nog steeds volgens een complex, methodisch en rigoureus ritueel.
De eerste door persing verkregen sappen worden verzameld tot de têtes de cuvées en zullen worden gebruikt voor de verschillende blends waarna een tweede gisting op fles plaatsvindt door een taplikeur, waardoor schuimvorming ontstaat. De flessen moeten nog minimaal negen maanden in de kelder rusten, een periode die wordt gebruikt voor het dagelijks draaien van de flessen.
De originele Blanquette, tegenwoordig "Blanquette Methode Ancestrale" genoemd, is gemaakt van één enkele druivensoort, Mauzac*, waarvan de suikers en fermenten voldoende zijn om een lichte en mousserende wijn te produceren, met een laag alcoholgehalte (6 tot 7°).
Het bottelen vindt plaats op de oude maan van maart(=enkele dagen voor nieuwe maan).
*Een fijne witte dons onder de bladeren van de druif geeft het de lokale naam “blanquette”.
Dom Pérignon heeft wél de Champagnewijnen verheven tot godendrank.
afb.:vivino.com
afb.:wikimedia
Archiefdocument uit 1544 waaruit de authenticiteit van Blanquette blijkt
afb.:saint-hilaire-aude.fr
