SAINT-JEAN-PIED-DE-PORT - DONIBANI GARAZI - 64220
Afbeelding Wikipedia |
SAINT-JEAN-PIED-DE-PORT - DONIBANI GARAZI - PYRENEES ATLANTIQUE (64) - NOUVELLE AQUITAINE
Waar de Altantische Oceaan en de Pyreneeën elkaar ontmoeten vinden we het Baskenland, aan de Franse zijde het frisse groene Baskenland, aan de Spaanse kant het droge bruine Baskenland.
Ergens in dat Baskenland was ooit de beste plaats (de minst lastige) om de Pyreneeën over te steken. In de oude tijden (en vandaag nog altijd) kwamen hier duizenden pelgrims langs onderweg naar Santiago de Compostela. Voor velen onder hen was het een eerste kennismaking met het hooggebergte.
Alvorens de tocht via de Pas van Ibaneta aan te vatten, verbleven de Compostela-pelgrims een paar dagen in Saint Jean Pied de Port, de bedoeling was om er op krachten te komen alvorens die lastige tocht aan te vatten. Op krachten komen in het Frans is 'se restaurer'. Zo weten we meteen waar het woordje restaurant vandaan komt: een plaats waar je een goeie vette bouillon of een ferme eierkoek kon eten om terug op krachten te komen.
Het dorpje Saint Jean ligt dus aan de voet van de berg aan de oevers van de Nive. Een berg wordt in de Alpen een col genoemd, in de Pyreneeën spreekt men van een PORT. Saint Jean ligt dus aan de voet van de Port, Saint Jean Pied de Port. In het Baskisch is Saint Jean Don Ibani gelegen in de regio Garazi, Donibani Garazi dus.
De meeste huizen in het centrum van Saint Jean waren refuges, plaatsen waar de Compostella-pelgrims konden overnachten. De pelgrim gaat met zijn credential (zijn boekje voor onderweg waarin hij stempels verzamelt van de plaatsen) langs in het bureautje van de Camino (de route naar Compostela) en kan daarna in de vroege ochtend de moeilijkste etappe van zijn tocht aanvatten. De tocht van Saint Jean Pied de Port naar Roncevalles.
De weg naar Compostela was al voor de Chrstelijke tijd een bedevaartsroute , maar rond de jaren 1000 wordt ze echt belangrijk omdat de Christenen oproepen om met zoveel mogelijk richting Compostela te trekken. De drukke pelgrimsroute moet ervoor zorgen dat het laatste stukje van Spanje dat nog niet door de Moren (Muzulmannen) van Al Andalus is ingenomen, katholiek blijft.
Nadat de pelgrims Saint Jean verlaten hebben, trekken ze over de Port de Ibaneta (1057), die tegenwoordig altijd Col de Ibaneta wordt genoemd naar Roncevalles, de plaats van de grote nederlaag van Karel de Grote op de terugweg van zijn veroveringen in Al Andalus. Gelukkig kon Roeland die werd aangevallen in de achterhoede met zijn laatste adem blazen op de trompet zodat de voorhoede veilig de oversteek kon maken. In de Silo de Charlemagne in Roncevalles zijn de lijken van de mannen van Roeland begraven.
Eenmaal het klooster van Roncevalles bereikt, tegen de avond van die lastige dag, kan de pelgrim een bed, wat brood en een stevige soep vinden in de refuge van Roncevaux, en dat kan nog altijd. En voor wie denkt dat je dan bijna in Santiago bent, die wordt meteen wakker geschud met het bord dat net buiten het klooster staat... Santiago de Compostela 790 km...