Nicolas Appert, uitvinder van het conservenblik (1749-1841)

Nicolas Appert,uitvinder van het conservenblik(1749-1841) De man die de bewaarbokaal uitvond om een probleem van Napoleon op te lossen. “Mettez les saisons en bouteille.” Of: stop de seizoenen in een fles. Mooie slogan. Hij klinkt actueel, maar hij is tweehonderd jaar geleden bedacht door de Parijzenaar Nicolas Appert (1749-1841), toen hij in zijn snoepwinkel ook voedingswaren in flessen begon te verkopen. Klanten vonden het raar: bonen, erwten, druiven, zelfs stukken vlees in een fles. Waar was die Appert toch mee bezig? Hij was bezig met een vraag die hem al van kinds af obsedeerde: hoe kan je voedsel lang bewaren, zonder dat het helemaal gaat smaken naar een bewaarmiddel? Zoals zout. Want pekelen, dat kenden ze al lang. Appert deed het zelf genoeg voor het hotel-restaurant van zijn ouders. De jonge Nicolas was voorbestemd om dat over te nemen, maar net toen bereikte Frankrijk een breuklijn in zijn geschiedenis: de Franse Revolutie. Appert liet zijn kookpotten vallen, en nam de wapens op. Hij werd zelfs een held, nadat hij met een paar manschappen ’s nachts door Parijs was getrokken om er een lading van 30.000 geweren te gaan ophalen. Als bedanking voor dat huzarenstukje kreeg Appert een zitje op de eerst rij bij de executie van koning Lodewijk XVI. Het moet in die periode zijn dat Appert hoorde over generaal Napoleon. Die was blijkbaar van plan de hele wereld te veroveren. Al waren er een paar probleempjes, onder andere eentje met voedsel. Napoleon had een prijskamp uitgeschreven voor “het bewaren van voedsel voor de zeemacht”. Veel matrozen liepen tijdens zeeslagen scheurbuik op. Napoleon dacht dat dat kwam door een zoutvergiftiging als gevolg van het pekelen. Appert wilde wel meezoeken, vanuit de bakkerij van zijn winkel met zoetigheden. Appert had daar een experiment lopen: kijken welke groenten en fruit het snelst begonnen te rotten. Maar vooral: hoe hij dat kon stoppen. Appert dacht – terecht, zo zou Louis Pasteur honderd jaar later bewijzen – dat de rotting het gevolg was van inwerking van levende mechanismen. “Als ik die levende mechanismen nu eens zoveel als mogelijk buiten houd, door etenswaren in flessen te stoppen”, dacht Appert. “En als ik die flessen op hoge temperatuur verhit, dan dood ik de levende mechanismen die er al inzitten.” Uit zijn periode als sommelier in het restaurant van zijn ouders, wist Appert dat champagne de sterkste, dikste wijnflessen had. Dus die vulde hij helemaal met erwten. Hij wikkelde nog een doek om de fles en dompelde die in een heet bad. Daarna verhitte hij de fles in zijn bakkersoven. En dan wachtte hij vier maanden. Pas daarna ging de fles open, rolden de erwten eruit en nam Appert letterlijk de proef op de som. Met succes. Het werd niet ziek! Appert testte zijn uitvinding nog uit op andere groenten, fruit en zelfs vlees. Gaandeweg vond hij voor elk daarvan de beste oventijd, zodat de smaak bewaard bleef maar het voedsel toch niet rotte. Tijd om naar Napoleon te gaan. Die zette een experiment op. Hij liet een schip naar Spanje varen en terug. De bemanning mocht aan boord alleen maar uit Apperts bokalen eten. Geen gepekeld eten, want daarvan kregen ze scheurbuik. Drie weken later keerden ze gezond en wel terug. Het bewijs was geleverd: gepekeld eten maakt ziek, bokaalvoeding niet. Pas later zou de correcte wetenschappelijke verklaring komen: gebrek aan vitamine C veroorzaakt scheurbuik. Bokaaleten behoudt vitamine C, pekelen niet. Appert kreeg een dikke financiële vergoeding van Napoleon, maar dat was niet genoeg voor zijn plan: een fabriekje voor bokaalvoeding. Dus schreef hij naar de minister van Binnenlandse Zaken en vroeg een lening. “Oké, maar dan moet je je ontdekking wel vrijgeven.” Mooie deal, vond Nicolas Appert, die een paar weken later al het manuscript van L’art de conserver les substances animales et végétales naar de drukker bracht. Belofte nagekomen. Appert kreeg zijn subsidies en zette in de Parijse voorstad Massy zijn fabriekje op. Appert werd rijk. Toch even. Ondertussen was zijn L’art de conserver les substances animales et végétales wel naar Engeland gesmokkeld, waar ze het gebruikten als handleiding om etenswaren te bewaren in conserven. En die zouden al snel de doodsteek geven aan Apperts bokalen. Op 1 juni 1841 overleed Nicolas Appert op 92-jarige leeftijd. Compleet verarmd en vergeten. Pas na de Tweede Wereldoorlog kreeg hij eerherstel én een straat in Parijs. (bron:P.Demeyer) BEMERKINGEN: Zijn procédé werd in het vakjargon “appertiseren” genoemd. De straat naar hem genoemd “Rue Nicolas-Appert” was op 7 januari 2015 het plaats delict (nr 10) van de moordende raid op de kantoren van Charlie Hebdo Een graftombe bestaat er niet want zijn resten werden in een gemeenschappelijke put gegooid,totaal verarmd als hij was……



afb.:https://conservesdepoissons.fr/wp-content/uploads/2016/06/nicolas-appert-287x300.png

Populaire posts